Bij dit ‘gedragsmodel’ is het cruciaal dat ook de bedrijfsarts in mogelijkheden denkt. Patrick: “We hebben een werkgroep, waar ook de bedrijfsarts in zit, waarin we voortdurend naar onszelf kijken; naar hoe we met verzuim omgaan. En Willeke is hier iedere zes weken. Om bestaande ziektegevallen door te spreken, om te sparren en om ons scherp te houden.” Willeke over deze werkwijze: “Als organisaties groter worden, kan het niet meer zo. Dan zetten we vaak een arbeidsdeskundige in de eerste lijn in die één op één met de medewerker aan de slag gaat en alleen maar naar de bedrijfsarts gaat als er echte veranderingen in de belastbaarheid zijn.”


"Als het verzuim omhoog gaat, krijgt de bedrijfsarts vaak de schuld"

Loyale mensen

Tot slot vergt het ook veel aandacht om te voorkomen dat mensen langdurig ziek worden of helemaal uitvallen. Hans: “Hier in Oost-Nederland hebben we heel toegewijde, loyale mensen, maar ook relatief veel ouderen. En lichtere taken liggen hier niet voor het oprapen, dus blijven mensen vaak langer in hun functie zitten. Dat verhoogt het risico dat mensen niet gezond hun pensioen halen.”

Patrick: “Ook die discussie over mogelijk verzuim in de toekomst moet op tafel. Ik heb het wel eens vergeleken met een kruidentuintje. Je kunt wel wat poten, maar dan gebeurt er niks. Je moet het voortdurend met zorg onderhouden om te kunnen oogsten.”