“In Den Haag is men inmiddels tot de conclusie gekomen dat de veranderingen in de regio moeten gebeuren. Prima, maar loop ons dan niet voor de voeten, geef ons ruimte.”

Wijkzorglabs

De oude volgorde, van leren op school en daarna de praktijk in, gaat overboord. “We starten met wijkzorglabs. Daar werken professionals en studenten in de praktijk samen met cliënten en hun omgeving”, vult Wüst aan. “Het is een klein team dichtbij de cliënt. Professionals en studenten krijgen ruimte om die levenskwaliteit te helpen vergroten en in te spelen op wat de cliënt wil en nodig heeft.”

Ze is ervan overtuigd dat iedere cliënt kan aangeven wat hij of zij graag wil. “Al is iemand erg ziek en dement, ook dan is er ruimte voor autonomie. Als je merkt dat iemand graag met eten speelt, laat dat dan gebeuren. Goed luisteren, kijken en uitproberen hoe je samen met de cliënt en diens naasten kwaliteit van leven kunt verbeteren.” 

"In wijkzorglabs werken professionals en studenten in de praktijk samen met cliënten en hun omgeving"

Voor veel collega’s zal het wennen worden, weet ze. “Maar velen zijn positief. Natuurlijk is het prikkelend, is het onveilig om los te laten wat je altijd deed. Maar ik krijg vooral de reactie dat mensen hun vak weer terug krijgen.”

Behalve de wijkzorglabs komt er een zorgethisch lab dat voor inleefsessies zorgt. Daardoor ervaart iemand hoe het is om verzorgd te worden en leert van daaruit de ethische grondhouding die voor de nieuwe uitgangspunten nodig is. Ook is gestart met een zorgtechnisch lab dat de technologische mogelijkheden ontwikkelt.

Het gaat snel. Eind 2014 sprak het duo elkaar voor het eerst. “We wisten dat zaken veranderen en dat samenwerking daarvoor noodzakelijk is”, weet Theo Rietkerk nog. Nu is er geld, er is een stuurgroep, kwartiermakers en in augustus start het eerste wijkzorglab. 

“Ik krijg wel eens de vraag: is het niet spannend? Ja dat is het. Gelukkig wel. Er komt een beweging op gang, een verandering. We bouwen een brug maar weten niet precies waar die eindigt”, meldt Rietkerk. “En we lopen er al wel op”, concludeert Helene Wüst. •

Maatwerk per student

In vier jaar tijd moet het Zorgtrainingscentrum voor de regio Zwolle 3.600 studenten en 1.700 professionals opleiden. Het bijbrengen van basisvaardigheden blijft daarin verankerd. Voor de ‘maatwerkinvulling’ per student wil Theo Rietkerk, voorzitter van de raad van bestuur van Landstede, meer flexibiliteit.

“Binnen de nieuwe kwalificatiedossiers moet meer mogelijk worden. We zullen zien hoeveel ruimte we daarin krijgen, dat is spannend.”

Het Zorgtrainingscentrum is een voorloper. “We werken met een groot aantal partners vanuit onderwijs, bedrijfsleven en zorg samen. Die krijgen de ruimte om het lokaal op hun eigen wijze in te vullen, dat vertrouwen moet er zijn. De student krijgt de regie en leert te werken vanuit het uitgangspunt van de cliënt. Daar wordt de student beter van, maar uiteindelijk vooral de cliënt.”