“Na de transitie begint de transformatie van de sector geleidelijk toch echt op gang te komen” 

Onlangs heb ik mijn vertrek - eind dit jaar - aangekondigd. Een weloverwogen besluit om juist nu te stoppen. We staan aan de vooravond van een nieuwe programmaperiode. De vereniging staat er goed voor en vierde in juni haar 25-jarig bestaan; jaren die ik allemaal van dichtbij heb meegemaakt. Een goede reden om te gaan reflecteren en tegelijkertijd ook vooruit te kijken. Waar liggen de kansen en uitdagingen? Wat vraagt dat? Hoe lang wil ik nog door? In welke omvang?  

Ik ben tot de slotsom gekomen dat de functie die ik uitoefen fulltime inzet vraagt en zich lastig laat mengen met een afbouwscenario. Daarom stop ik eind dit jaar. De uitdaging is groot. Hoe zorgen we ervoor dat de sector ook in de toekomst kan (blijven) beschikken over voldoende en adequaat voor hun taak toegeruste medewerkers? Daarbij ligt de oplossing niet alleen in ‘meer’, maar ook in ‘anders’. In slimmer werken, in gebruik van technologie. Hoe geavanceerd we ook lijken, op veel vlakken zijn we nog maar een kleine stap verwijderd van onze oerinsticten, zo leert ons ‘Apemanagement’.

Tegelijkertijd is er dynamiek op alle fronten. Na de transitie begint de transformatie van de sector geleidelijk toch echt op gang te komen. Onderwijs vernieuwt. Ook op het gebied van sociale zekerheid wordt anders naar vraagstukken gekeken. De kracht van de regio wordt ontdekt. De regio als broedplaats voor innovatie en vernieuwing. Het niveau waarop partijen elkaar kennen en weten te vinden. Waar creativiteit en innovatiekracht een ‘buzz’ veroorzaken, waardoor energie vrijkomt. 

Het is zaak die energie vast te houden en te benutten. Voor de Rijksoverheid is het nog een hele puzzel om dat te faciliteren en randvoorwaarden te creëren, zonder dit in te kaderen en in een keurslijf te willen persen.

Gerard Nederpelt 
Directeur WGV Zorg en Welzijn