“We zijn lerende als het gaat om het aanbieden van onderwijs op deze manier”, vult De Kort aan. “We zetten sterk in op het verder professionaliseren van onze docenten. Dit geeft daar een boost aan.”

Leuker leren

Niet alleen is alles op het platform voor iedereen beschikbaar, het leren wordt leuker gemaakt, vertelt Veen. “We willen van het lezen af. Een filmpje van vier minuten is vaak leerzamer dan een lap tekst. Zeker als het over praktische vaardigheden gaat.” De eerste tien modules zijn, in samenwerking met verschillende ROC’s, klaar. Dat moeten er een paar honderd worden. “Het vergt bij veel partijen een mentaliteitsverandering. Het delen van informatie moet gewoon worden.”

Tijdens die vingeroefeningen heeft Michaël de Kort gemerkt dat het ontwikkelen van materiaal voor een open platform inderdaad een andere blik vergt. “Je vliegt een onderwerp anders aan. Er is niet automatisch een interactie zoals in een klas. En je wilt niet alleen informatie zenden. Je moet daarom nadrukkelijk nadenken over hoe je een module vormgeeft en welke onderwerpen er zich op welke manier voor lenen.”

Wat Wim Veen betreft heeft iedereen baat bij de formule. “Gebruikers hoeven de deur niet uit voor hun leerstof, het leren wordt leuker en voor scholen, zorg en welzijn levert het een besparing op. Niet iedereen maakt apart eigen lesmateriaal, je ontwikkelt de modules met elkaar en gebruikt het samen.”

De toekomst vraagt een andere manier van onderwijs

Vliegende start

Als de RIF-subsidie toegekend wordt zal de organisatie van het leerplatform in rap tempo geprofessionaliseerd en verzwaard worden. Blijft de subsidie uit dan betekent dat zeker niet het einde. “Dan gaan we het via de provincies en partners regelen. Op die manier hebben we wel een minder vliegende start en kunnen we minder groot beginnen. Maar dit open leerplatform gaat er komen, dat is zeker.” De Kort: “En die aanpak moeten we borgen voor de toekomst; dat vinden we belangrijk. Want die toekomst, die vraagt een andere manier van onderwijs.” •

Zorgtrainingscentrum Zwolle met RIF-subsidie aan de slag

Onderwijsminister Jet Bussemaker meldde begin juni dat het Zorgtrainingscentrum Zwolle een half miljoen euro subsidie krijgt. In het trainingscentrum werken zorg- en onderwijspartijen en het bedrijfsleven samen om studenten en werkenden op de zorg van de toekomst voor te bereiden. Het Regionaal Investeringsfonds mbo, gemeenten, provincie en de samenwerkingspartners binnen het centrum dragen samen het miljoen bij dat de begroting rond maakt.

Het Zorgtrainingscentrum voorziet in (her)scholing van studenten en werkenden. De komende vier jaar worden ruim 3.600 studenten en 1.700 professionals en mantelzorgers opgeleid. Zij krijgen scholing in de principes van ‘vernieuwend zorgen’, waarin de cliënt zelf de regie neemt en de zorgmedewerker faciliterend is.

Na vier jaar moet het Zorgtrainingscentrum op eigen benen staan.