in Nederland behoorlijk uniek," stelt Lantink.

Nu wordt bij een omgevingsvergunning de kwaliteit van een bouwwerk vooraf op papier beoordeeld. In de toekomst mogen onderne-
mers achteraf in de praktijk de kwaliteit aan-
tonen. De bouwtechnische check wordt uit het vergunningsproces gehaald; er blijft alleen nog een planologische toets over. Het scheelt zowel de bouwers als gemeente veel tijd en energie. “Bij het brainstormen hebben we álles aangegrepen voor verandering,” vertelt Luikens. Dat is volgens beiden de sleutel om tot radicale vernieuwing te komen. Pas later in het proces zijn de grenzen afgebakend. De veiligheidstoets blijft bijvoorbeeld in stand en ook mag een ondernemer kiezen voor een tussentijdse bouwtoets. En dat is ook goed, meent Luikens. “De nieuwe werkwijze vereist vertrouwen. Daar willen we niet voor weglopen.”

Het project zorgt niet alleen voor deregule-
ring, maar heeft een breder effect, merken de teammanagers. “Ook al kiezen alle onderne-
mers er straks voor om vooraf alles te toets-
en, dan is er toch al zó veel bereikt,” vindt Luikens. “De ondernemers en gemeente durven elkaar een spiegel voor te houden en zijn bereid om goed naar elkaar te luisteren.” Ook binnen de gemeente heeft het proces positieve gevolgen. “Het begon met deregu-
lering, maar nu is er bij ons echt sprake van een cultuuromslag,” stelt Luikens. Een groot

verschil met pakweg twee jaar geleden, constateert Lantink. “’Daarvoor moet u niet bij mij zijn’ of ‘probeert u het over twee weken nog eens’. Dat kan nu écht niet meer!” Zowel de ondernemers als de directie en het college hebben hun mandaat gegeven om de nieuwe aanpak verder uit te werken. In november wordt een convenant ondertekend door het college en een afvaardiging van Bouwend Nederland, afdeling Raalte. Op 1 januari 2019 wordt de nieuwe werkwijze van kracht. Tot die tijd worden details ingevuld en pilots gedraaid.

Frisse en kritische blik

Alle partijen streefden naar hetzelfde doel: een goed bouwwerk realiseren. In zo’n gezamenlijk uitgangspunt vind je elkaar, is de ervaring van Lantink en Luikens. Daarin zien ze ook kansen voor de zorg- en welzijnssec-
tor. “Alle partijen willen immers goede zorg leveren. En dat kan altijd beter,” denkt Lantink. Een frisse en kritische blik is daarbij essentieel. “Organisaties roepen wel dat ze een hekel aan bureaucratie hebben, maar neigen daar tegelijkertijd zelf vaak toe of verschuilen zich erachter. Je moet durven loslaten. Vraag jezelf af: wat heb je nodig om je rol te kunnen pakken?” Luikens besluit: “Neem betrokkenen mee in het proces, maar laat je niet afleiden van het doel waar je naartoe werkt. Bestuurders moeten daar echt achter gaan staan.”

(Ont)Regel de zorg

Ook in de sector zorg en welzijn worden steeds meer stappen gezet om de regeldruk te verminderen. Zo hebben ministers Hugo de Jonge en Bruno Bruins en staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) op 23 mei 2018 een actieplan gelanceerd om de zorg te ontdoen van overbodige bureaucratie. Het plan ‘(Ont)Regel de zorg’ zet in op minder regels voor zorgprofessionals en meer tijd voor de cliënt. Zorgverleners, beroepsorganisaties, toezichthouders, politiek en verzekeraars trekken hierbij gezamenlijk op. De ministers zeggen zelf toe om nieuwe regels als gevolg van veranderende wet- en regelgeving tot een minimum te beperken.

Bezoek het online platform (Ont)Regel de zorg om het actieplan te lezen en de voortgang van de afgesproken acties per sector te bekijken.

"In een gezamenlijk uitgangspunt vind je elkaar"